Over Thijsse's Nederland

Het landschap op de prent toont geen opvallende geografische
kenmerken. De suggestie van het Scharreveld komt van Fred Bos.
Het gebied ligt ongeveer vijf kilometer ten zuidoosten van Beilen
in Drente. Op de oude topografische kaart zijn enige plassen en
drassige delen aangegeven. Het Scharreveld is in de twintigste eeuw
grotendeels omgezet in landbouwgrond. Het Drentse Landschap
heeft zich door omvorming van aangekochte landbouwgronden om
te zetten in natuur ingespannen om het heideveld weer te vergroten.
Goudplevieren (Pluvialis apricaria) broeden al lang niet meer
in Nederland. Het laatste broedgeval dateert van 1937.

Het is merkwaardig dat Thijsse een dergelijke prent wilde opnemen. Hij schreef immers al in 1932: ‘Zal de Wulp zijn broedplaatsen verliezen, evengoed als thans reeds de goudplevier uit zijn laatste woonplaatsen wordt verdreven?’ In 1931 heette het: ‘De goudplevier broedt nog in de Peel, maar zal zeker als broedvogel verdwijnen, als niet spoedig maatregelen
tot bescherming van de terreinen worden getroffen.’

Deze prent is er een waarover Niko Tinbergen in zijn bespreking in
De Levende Natuur kritisch oordeelde. Hij sprak over de ‘opgeplakte’
goudplevieren.